79
eelen, een middel aan de hand te geven, om van hetgeen bij
deze gelegenhei geleerd en ondervonden is voordeel te kunnen
trekken.
Zonder daarom de grenzen van dit Verslag noodeloos uit te
zetten, zal ze zieh ook bij hare verdere beschouwingen over
onze Nederlandsche inzendingen hierin gelijk blijven.
Ze heeft toch de overtuiging dat, zoo hetgeen een tentoon-
stelling van dezen omvang geleerd heeft, zoowel ten opzichte
der industrie als wat hare organisatie, enz. betreft, later wordt
geignoreerd of veronachtzaamd, de vele tijd en moeiten eraan
toegewijd en de niet onaanzienlijke kosten eraan besteed, voor
een groot deel als verloren kunnen beschouwd worden, die in
het tegenovergestelde geval als goed aangewend te noemen zijn,
en dan niet zullen missen vroeger of later heilzame gevolgen
te hebben.