G110EP 18.
Bouw- en Civiel-ingenieurswezen.
Deze groep was yerdeeld in drie afdeelingen:
1°. Gebouwen en vordere werken, eigenaardig in hot Duitsch
aangeduid door Hochbau.
2°. Waterbouwkunde.
3°. Spoorwegen, bruggen en wegen.
In de oyertuiging dat onze Nederlandsche Waterstaat yoor
geen der andere natien behoeft onder te doen, had de Hoofd-
commissie zieh bij het begin harer bemoeiingen tot het Ko-
ninklijk Instituut yan Ingenieurs, in hetwelk al onze verdien-
stelijke mannen op dat terrein vereenigd zijn, gewend, met
het yerzoek om op de Weener tentoonstelling een flinke voor-
stelling te geyen van de meest gewichtige groote werken,
zoowel van de waterwerken als van den spoorwegen- en brug-
genbouw in ons vaderland; eveneens tot de Polytechnische
school, alwaar vele modellen en 'teekeningen van in ons va
derland vervaardigde sluizen en andere werken worden hewaard.
Aan de roepstem der Hoofdcommissie is door velen gehoor
gegeven, doch, hetgeen wij betreuren, niet op zoodanige wijzc
als wij hadden mögen verwachten. Terwijl bijv. bij Frankrijk